LEIDSE PAULOWNIA
de dood van een exoot
(ter gelegenheid van het onaangekondigd omhalen, juli 2016, van een paulownia in een tuin achter de Pieterskerkhof, Leiden)

Ergens in Leiden, oftewel
Lugdunum Batavorum,
vond een Paulownia zijn plaats,
zoals zovelen voor hem.

Wie weet van hoe ver aangewaaid.
De grond hier is gastvrij.
Een rijs werd stam, die takken kreeg;
hij groeide elk jaar bij.

Het was in Leidens oudste kern.
Hier stonden Gravensteen
en Rapenburg en Pieterskerk
beschermend om hem heen.

Al stond hij in een binnentuin,
apart, hij was ook daar
van de Natuur geheten tempel
een zoveelste pilaar.

Hij bood de tuin, de naaste buurt
zijn lijnenspel en kleur,
en wat een boom nog verder heeft:
schaduw, geruis en geur.

Hij leefde, leidde zijn bestaan
op de manier van bomen.

Hoe voelen zij? Wat weten zij?
En: kunnen bomen dromen?

(Culturen hebben hen vereerd
en krachten toegedicht.
Vaak wordt het volgend ritueel
nog in Japan verricht:

Bij de geboorte van een meisje
plant men de boom, welks hout
gebruikt zal worden voor haar uitzet,
wanneer zij eenmaal trouwt.)

Het leven biedt geen zekerheid
voor kwaliteit of duur.
En overleven in den vreemde
is altijd avontuur.

Twaalf lentes hadden hem omkleed
met evenzoveel lagen
toen door het kerkhof janken klonk
van een electrisch zagen.

Verdwijning is, we weten het,
het lot van al het zijnde.
Maar wat wanneer er sprake is
van gewelddadig einde?

Er wordt beweerd: de wijze kent
geen woede of verdriet.
Maar misschien is wat wijsheid heet
hierop het antwoord niet.

---