|
⇧
⇦
|
BALLADE VAN DE WERKLOZE ACADEMICUS
of: Werkloos met bul
Hij woont in een appartement
met schappelijke huur:
driehonderd gulden tachtig cent
is voor een maand niet duur.
Daar komen dan de vaste lasten
gas, licht en water bij;
en af en toe op ongepaste
momenten daar nog bij
verzekeringen, telefoon,
krant, kijk en luistergeld.
En voor dat alles wordt hem schoon
elfhonderd uitgeteld.
Minus genoemde kostensom
rest hem vierhonderd piek,
Dertien per dag - hij komt niet om.
Wie spreekt hier van tragiek?
Want zelfs wie rookt en drinkt en leest,
als hij, komt daarvan rond.
Hoewel hij dertig is geweest
oogt hij nog heel gezond.
Wie bij De Slegte en de HEMA
in zijn bestaan voorziet
en leeft volgens een sober schema
verspilt zijn armoe niet.
|
Ja, wil je graag ook whisky schenken
zoals die ene vriend
en vrees je geringschattend denken
over wie niet verdient,
en als je bang bent dat een vrouw
uit meelij om je geeft,
dan is het beste een stuk touw
en dat je niet meer leeft.
Hij raakte wie zijn vrienden waren
aan werk en status kwijt,
en heeft nu al weer heel wat jaren
aan wat men denkt mooi schijt.
Voor vrouwen viel hij ooit veelvuldig,
hij kan wel zonder nu.
Zij waren hem te ongeduldig
of veel te promiscu.
Behalve dan misschien die ene -
zij was hem eind april
in advertentievorm verschenen.
Hij schreef. Het was een gril.
Haar antwoord kwam tien dagen later.
Hij wist niet wat hij zag.
Hij las, besefte 'Heus, het staat er'
en kreeg de slappe lach:
|
⇨
|